De man achter Kappie
Daar stond hij, verscholen achter de afwas in een huis waarvan het huisnummer verscholen was achter de klimop. Een man op blote voeten met kleine pretoogjes verscholen achter een rond brilletje kijkt mij vrolijk aan. Met zijn handen nog onder het sop schudt hij mij de hand: ‘‘Ga lekker in het zonnetje zitten, wil je iets lekkers te drinken?’’. Hoewel de man zich voorstelde als Bert van der Meij verwacht ik nog steeds ieder moment dat er een oude zeebonk tevoorschijn komt. Ik verwachtte namelijk een kleine, dikke chagerijnige man met een sigaar in zijn mond en een petje op zijn hoofd. Maar hé, Bert van der Meij is Kappie niet toch?
“Ik ben eigenlijk geen Katwijker’’
Het had niet veel gescheeld of Bert had niet het leven van een tekenaar en schilder gehad. Nadat hij van de middelbare school af kwam wilde hij de lerarenopleiding doen. ‘‘Gelukkig werd ik twee keer uitgeloot’’ glimlacht hij. ‘‘Omdat ik van tekenen hield ben ik naar de Kunstacademie gegaan’’. Na zijn opleiding verhuisde hij voor een jaar naar San Fransisco waar hij opnieuw een kunstopleiding volgde. Hoewel bij mijzelf de tranen in mijn ogen springen bij de gedachte dat ik 9000 km verwijderd zou zijn van Katwijk en mijn familie, deed het de striptekenaar weinig. ‘‘Ik ben niet zo’n Katwijker eigenlijk. Ik heb voor mijn gevoel altijd een beetje aan de rand van Katwijk gestaan. Ik praat geen Katwijks, ik kom niet uit een typisch Katwijks gezin en ik ben ook niet naar een Katwijkse school geweest. Ik ben eigenlijk geen Katwijker. Ik vind het dorpgevoel wel heel leuk. Katwijk is net een Asterix en Obelix dorp. Er is een slager, groenteboer en ik ben dan de striptekenaar in het dorp’’.
‘‘Mensen roepen wel eens: ‘‘He Kappie’’ en dat voelt dan zo gek’’
Na een omweg via Amsterdam kwam hij uiteindelijk weer terug op zijn ouderlijk nest omdat hij op het huis van zijn vader moest passen. Toen kwam hij erachter dat een dorp aan zee toch wel erg leuk was. ‘‘Ik ben toen elk huis langsgegaan of er woonruimte voor mij was. Ik heb één voor één bij iedereen aangebeld. Maar het was natuurlijk allemaal hartstikke duur. Ja, wist ik veel. Toen ben ik een tijdje onder mijn vader gaan wonen en uiteindelijk ben ik hier (op de boulevard) terecht gekomen’’.
Tijdens het gesprek komt de vraag in mij op hoe het kan dat zo’n niet authentieke Katwijker een stripfiguur kan maken dat de gemiddelde Katwijker zo goed weergeeft in de vorm van een meeuw. Alsof hij mijn gedachte kan lezen zegt hij: ‘‘Het is wel raar dat ik al die jaren al Kappie maak. Hoe kan dat nou? Mensen roepen wel eens: ‘‘He Kappie’’ en dat voelt dan zo gek. Ik ben Kappie helemaal niet. Ik vind het ook zo gek dat niemand (zelfs geen visser) zegt: ‘‘Joh dat is Kappie helemaal niet’’. Ik ben het ook niet altijd eens met Kappie. Kappie is helemaal zijn eigen leven gaan leiden. Zo vroeg de ledenvergadering van de Rabobank aan mij of Kappie langs kon komen. Maar dat deed Kappie niet hoor. Die bleef gewoon lekker thuis op de bank hangen. En ik kan hem niet dwingen. Kappie maakt ook maar moeizaam reclame. Als bedrijven dat vragen vertel ik ze altijd dat ik niet weet of Kappie dat wel wil. Bovendien zal hij helemaal geen fraaie dingen zeggen’’ lacht hij.
‘‘Nu krijg je stenen door je ruit!’’
Bang voor negatieve reacties op de strips van Kappie is Bert niet. Wel houdt hij rekening met zijn onderwerpen. Als waarschuwer heeft hij altijd Leendert de Vink nog. Leendert vertaalt alle grappen naar het Katwijks dialect. ‘‘Leendert is vaak wat voorzichtiger. Die zegt regelmatig: ‘‘Ja nu krijg je een keer stenen door je ruit!’’. Maar zijn ruiten zijn nog steeds heel en voorlopig bestaat Kappie nog steeds. Al meer dan 10 jaar is de Katwijkse zeemeeuw met menselijke trekjes te vinden in De Katwijkse Post. ‘‘10 jaar is heel lang. Ik bel al bijna 12 jaar lang met Leendert en Paul (Katwijksche Post) elke dinsdag stipt om 10 uur over Kappie. Als ik tien minuten later bel zeggen ze: ‘‘Nou je belt wel laat’’.
Als inspiratiebron gebruikt Bert de oude mannen die dagelijks op de bankjes van de boulevard te vinden zijn. ‘‘Terwijl ik ze niet ken. Hoewel ik natuurlijk wel eens met ze gepraat heb. Een van die mannen die ik sprak komt uit de rode buurt, Kappie ook. Maar die man moest tijdelijk weg daar. Toen had hij tegen z’n vrouw gezegd: ‘‘ik gae gien iene brug over’’. Hij gaat dus niet naar de Hoornes en hij wilde ook niet tijdelijk in Katwijk Binnen wonen, twee bruggen. Geweldig toch? En hij had ook nog eens beetje uitpuilende ogen net zoals Kappie!’’.
‘‘Ik voel het aan mijn hart als ik wat heb, dan maakt hij een sprongetje’’
Hoe komt een Kappiestrip nou tot stand? Iedere dinsdag krijgt Bert enkele onderwerpen van de Katwijksche Post. Daaruit kiest hij onderwerp dat hem leuk lijkt. En dan bedenkt hij daar een grap bij toch? ‘‘Ik bedenk geen grappen, ik vind ze. Gek he?’’. Ergens liggen er voor mijn gevoel meerdere grappen op me te wachten. Ik moet er dan één vinden. Ik kijk altijd wat er gebeurt in mijn hoofd. Ik doe niks. Ik voel het aan mijn hart als ik wat heb, dan maakt hij een sprongetje. Dan heb ik beet. Ik voel dat er dan iets aan mijn hengel zit. Ik moet hem dan alleen nog binnen halen. En soms als ik hem binnenhaal denk ik: “Naaa, klein visje’’. Dan valt het tegen. Maar vaak is het ook een goede. En soms heb ik zelfs drie goede grappen maar dan is het ‘‘kill your darlings’’.
Tot slot ben ik speciaal voor Bert aan de slag gegaan met een zeemeeuwenquiz. Hij mag er dan wel iedere week eentje op papier knallen maar hoeveel weet hij nu eigenlijk af van de zeemeeuw?
De glimlach verdwijnt een beetje van zijn gezicht. ‘‘Hm, dat wordt schrikken denk’’.
De ZeemeeuwenQuiz
Hoeveel soorten zeemeeuwen zijn er?
Bert vastberaden: ‘‘6’’ .
Elske: ‘‘Nee Bert, 43’’.
Bert lacht: 43!!!??
In welke poltieke partij zit de meeuw als symbool?
Bert: ‘‘Ja, dat is van Geert Wilders, de PVV’’.
Hoeveel weegt de zilvermeeuw?
Bert: ‘‘Niet veel. Ik heb er een keer eentje getild. Uhm. Ik denk nog geen pond?’’
Elske: ‘‘Nou.. Bijna. Tussen de 700 en 1200 gram.’’
Hoelang duurt het voordat een jonge meeuw zijn volwassen verenkleedje heeft?
Bert: ‘‘2 jaar?’’
Elske: ‘‘4 jaar.’’
Hoelang leeft een meeuw?
Bert: ‘‘dat zal geen 10 jaar zijn denk. Nah misschien 12 jaar.”
Elske: ‘‘ze kunnen 32 jaar worden.”
Bert: ‘‘Gohhhhh. 32?!
Helaas niet geslaagd!
Ben je fan van Bert zijn werk? Binnenkort (oke November) komt het Katwijks memory uit!
Wil je zien wat hij naast Kappie nog meer allemaal maakt? Kijk dan op zijn website:
http://www.bertvandermeij.nl/
Dit is Katwijk 